Publicatie Laka-bibliotheek:
Energierapport 2002. Tweede Kamer, 2001-2002, 28241, nr.2
Auteur | 2e Kamer |
Datum | 2002 |
Classificatie | 1.01.0.00/81 (ALGEMEEN) |
Voorkant |
Uit de publicatie:
SAMENVATTING De Elektriciteitswet en de Gaswet hebben het Energierapport in het leven geroepen om periodiek te discussiëren over de hoofdlijnen van het te voeren energiebeleid. Het Energierapport 2002 gaat in op de volgende vragen: • Wat betekenen de toenemende energie-importen voor de zekerheid van onze energievoorziening? • Welke rol heeft energieproductie in Nederland in de Europese energievoorziening? • Welke lessen kunnen wij trekken uit de energiecrisis in Californië? • Welke consequenties verbinden we aan onze ervaringen met liberalisering tot nu toe? Hoe sluiten wij met ons Nederlandse energiebeleid aan bij het nationale en internationale klimaatbeleid? • Welke bijdrage kan Nederland leveren aan de transitie naar een duurzame energiehuishouding? Bij de beantwoording van deze vragen staan drie aspecten van de energiehuishouding centraal: voorzieningszekerheid, economische efficiëntie en milieukwaliteit. Omdat ze met elkaar samenhangen, vragen ze om een integrale beleidsafweging. Overheid en marktpartijen zijn in de uitvoering ieder vanuit hun eigen rol samen verantwoordelijk. Het langetermijnperspectief van het energiebeleid is een duurzame energiehuishouding. Voorzieningszekerheid De wereldvoorraden olie en gas zijn voldoende om nog vele tientallen jaren te voorzien in het mondiale verbruik. Ze zijn echter ongelijk verdeeld over de wereld en liggen deels in politiek gevoelige gebieden. Omdat we in Europa en ook in Nederland in toenemende mate onze energie zullen moeten importeren, hebben we belang bij goede relaties met de energieexporterende landen. In EU-verband werken we daaraan, onder andere via het Energiehandvest. Om de afhankelijkheid niet te groot te laten worden, moet Europa, en dus ook Nederland, efficiënt omgaan met energie en de eigen energiebronnen optimaal te benutten. Deze eigen energieproductie vereist een goed investeringsklimaat. Voor Nederland is de gaswinning van groot belang. Het kleineveldenbeleid wordt daarom krachtig voortgezet. Recent overleg met alle betrokken partijen over gaswinning in relatie tot milieueisen biedt uitzicht op een nieuwe impuls daarvoor. Voor gaswinning én windenergie wordt via een MDW-verkenning en een proefproject onderzocht of belemmeringen op het vlak van ruimtelijke-ordeningsprocedures uit de weg kunnen worden geruimd. Nut en noodzaak van de eigen energieproductie dienen vanzelfsprekend te worden. De energiecrisis in Californië is aanleiding geweest om kritisch te kijken naar leveringszekerheid in Nederland. Conclusie is dat er geen acute problemen zijn, in de productie noch bij de netwerken. We moeten de ontwikkeling van vraag, productie- en netwerkcapaciteit echter nauwlettend volgen. Dit geeft niet alleen de overheid de benodigde informatie, maar verschaft tevens marktpartijen zicht op hun investeringskansen. Mogelijke verbeteringen van het investeringsklimaat zullen worden geïnventariseerd.
Deze publicatie is alleen op papier bij Laka beschikbaar, niet als pdf.
Publicaties zijn te leen of informeer of we een kopie kunnen maken. Soms, als we tijd hebben, lukt dat tegen kostprijs van de kopieën.