Met nog krap 4 dagen te gaan tot het sluiten van de termijn voor het indienen van zienswijzes op het nieuwe nationale kernafval plan, publiceert COVRA vanmiddag twee uitgebreide studies naar de eindberging van kernafval in kleilagen en in noordelijke in zoutkoepels. Bij elkaar ruim 300 kantjes, dus als je daar iets nog over wil zeggen in je zienswijze, wordt het een lang weekend. Maar misschien is dat ook wel niet nodig is want Covra's onderzoeken lijken er nog steeds van uit te gaan dat een eindberging pas in 2130 klaar hoeft te zijn, terwijl PVV-staatssecretaris Jansen vorig jaar, na een advies van Rathenau, die planning juist losliet.
Maar omdat we het niet kunnen laten: drie observaties.
-
COVRA heeft plaatjes gemaakt over hoe een eindberging in zout er uit zou kunnen zien. Maar wat valt dan meteen op? Inderdaad: de liftschacht. De eindberging in het Finse Olkiluoto is juist zo duur vanwege de kilometerslange hellingbaan (spiral ramp) die is geboord om het kernafval naar beneden te rijden. Want liften gaan wel eens stuk. Dan zit je lelijk in de knel met je lift met hoogradioactief afval.
- Kostenschatting is nu 3 miljard euro. Op zich opmerkelijk dat dit voor de twee types berging vergelijkbaar is, maar die schatting was was in 2018 nog 2,05 miljard. in 2023 was 2,05 gecorrigeerd voor inflatie toegenomen tot 2,3 miljard, dus kort door de bocht wordt de eindberging ieder jaar 100 miljoen duurder.
- En dan Drenthe. Ondanks sussende geluiden uit de provincie gaat COVRA onverminderd door. Men vaart nog steeds op onderzoek uit 1993, maar in beeld blijven zoutstructuren onder 1) Veendam, 2) Zuidwending, 3) Winschoten, 4) Anloo, 5) Hooghalen, 6) Schoonloo,7) Gasselte-Drouwen, 8) Pieterburen, 9) Slochteren/Noordenbroek, 10) Hoogezand, 11) Onstwedde.