"Wanneer de effecten op andere partijen in het energiesysteem, zoals consumenten, handelaren in elektriciteit en aanbieders van flexibiliteit, worden meegewogen, dan lijkt het per saldo gunstiger om in nog meer wind en zon te investeren dan in een kerncentrale. Deze conclusie blijft overeind wanneer we ook de effecten op de CO2-emissies gedurende de levensduur van de installaties en de kosten van benodigde netuitbreidingen meenemen."
Dat is de conclusie van onderzoekers van de Universiteit Groningen in het economenvakblad ESB, momenteel onder review is bij een wetenschappelijk tijdschrift.
In een eerdere niet gereviewde publicatie, concludeerden de onderzoekers nog dat kerncentrales uiteindelijk minder subsidie zouden vereisen dan een vergelijkbare investering in wind en zon. Daar komen ze nu op terug: Een investering in 2.500 MW aan kernenergie kán onderaan de streep (licht) meer op leveren dan een vergelijkbare investering in zon en wind, maar die kans is klein. Het is ook mogelijk dat zo’n investering in kernenergie uiteindelijk zeer ongunstig uitvalt en de benodigde subsidies per megawattuur honderden euro’s hoger liggen dan bij zon en wind, aldus de onderzoekers tegen Energeia.
Tot die conclusie kwamen NRG Pallas / TNO afgelopen week ook: áls de energievraag de komende 25 jaar hoog blijft, kúnnen de kosten voor kernenergie en wind op zee nagenoeg gelijk uit vallen. Maar dat is alleen als álles meezit. Loopt één van de vier geplande kerncentrales vertraging op, of vallen de kosten voor de bouw hoger uit, dan is kernenergie miljarden euro’s duurder.