Publicatie Laka-bibliotheek:
In de mist. zienswijze van Stichting Laka op het Ontwerp nationale programma voor een veilig beheer van radioactief afval en verbruikte splijtstoffen 2025 – 2035

AuteurLaka
1-01-4-15-27.pdf
Datummaart 2025
Classificatie 1.01.4.15/27 (AFVAL - RICHTLIJN 2011/70/EURATOM)
Voorkant

Uit de publicatie:

In de mist. zienswijze van Stichting Laka op het Ontwerp nationale 
programma voor een veilig beheer van radioactief afval en verbruikte 
splijtstoffen 2025 – 2035
Stchting Laka, 24 maart 2025

1-In de mist
Dit is de zienswijze van Stichting Laka met betrekking tot het tweede nationaal
programma radioactief afval en verbruikte splijtstoffen (ontwerp-NPRA).
In 2015 heeft Laka ook een zienswijze ingediend op het eerste ontwerp NPRA, toen
was de titel “Wait and see”. In de aanloop van het eerste NPRA waarschuwde onder
andere het hoofd van de Zweedse stralingsbeschermingautoriteit 
Strålsäkerhetsmyndigheten ons land om eerder dan het jaar 2130 werk te maken van 
de eindberging van radioactief afval. Maar de regering stak haar kop in het zand 
en week in het NPRA niet af van het toen al dertig jaar oude beleid om het 
aanleggen van een eindberging voor kernafval op de hele lange baan te schuiven.
Alles is nu anders, maar alles is toch ook het zelfde gebleven. De huidige regering
heeft namelijk forse kernenergie ambities, en dan moet je toch wat met dat 
kernafval. De staatssecretaris van IenW besloot daarom vorig jaar, mede op advies
van het Rathenau Instituut, om voor de aanleg van die eindberging niet meer terug 
te redeneren vanaf het jaar 2130, maar nu “gewoon” te beginnen in een stapsgewijze
participatieve aanpak. Dat zou dan mogelijk kunnen leiden tot een beheer- en 
locatiekeuze in 2050. Vijftig jaar eerder, tel uit je winst
En alhoewel de uitbouw van kernenergie in Nederland momenteel niet zo vlot verloopt 
als een meerderheid in de Tweede Kamer wensdenkt – waarbij de nadruk vooral ook 
lijkt te liggen bij het frustreren van effectief klimaatbeleid – blijft het toch 
opmerkelijk hoe veel voortvarender de uitbouw van kernenergie wordt opgepakt dan het
afhechten van de kernenergie back end. Dan krijg je toch het idee dat dit zaakje 
stinkt.
Voor twee nieuwe kerncentrale was direct een voorkeurslocatie in beeld, maar zodra
iemand ook maar suggereert dat de eindberging uiteindelijk toch in Groningen of 
Drenthe komt “dan zijn we daar nog helemaal niet aan toe”. Zo stelt dezelfde 
staatssecretaris van IenW dat we rond 2050 goed in kaart hebben wat de mogelijkheden
zijn en of we eindberging in Nederland, of toch in het buitenland gaan doen. 
Akkoord, het is vijftig jaar eerder dan een locatiekeuze in 2100, maar kennelijk 
heeft het nog steeds 25 jaar nodig voordat de rijksoverheid echt een gesprek over 
eindberging te gaan voeren. Je vraagt je dan af, is het echt zo moeilijk om een 
een mijn te bouwen?
De nota radioactief afval uit 1984 had over een bovengrondse opslagtermijn van 
100 jaar, het NPRA-2015 over 115 jaar, en het voorliggende ontwerp-NPRA over nog 
zeker 25 jaar. Hoe het ook zij: comfortabel ver weg. En Laka heeft zo het vermoeden
dat zodra die 25 jaar haar ommekomst nadert, enige decennia verder uitstel niet ver
weg zullen zijn.
Laka heeft ook nog steeds een kater van de “klankbordgroep” die op grond van het 
NPRA-2015 zou worden opgezet. Dat werd eerst een kwartiermaker die in 2018 c
oncludeerde dat ‘klankborden’ wel wat passief klonk1. Daarop heeft het ministerie 
van IenW het Rathenau instituut verzocht op zoek te gaan naar hoe maatschappelijke
betrokkenheid bij eindberging wel kan worden georganiseerd. En dat resulteerde dus
in een advies om eindberging naar voren te halen.
Daarom geeft Laka haar zienswijze dit maal als titel “In de mist”. Met de 
geproclameerde vervroeging van de eindberging prijkt er opeens een gat van ruim
honderd keer COVRA’s jaaromzet in de eindbergingsbegroting - dat toch echt door de
afvalproducenten zal moeten worden gedicht, van de nieuwe participatieve 
stapsgewijze aanpak bestaat nog niet meer dan een schets, pal op de deadline 
publiceerde COVRA pardoes nog een nieuwe kostenschatting en twee safety cases 
die nog kijken naar 2130(!): Eigenlijk hebben we nog geen idee van wat er nu 
écht gaat gebeuren.
‘Klankborden’ is ondertussen tien jaar bezig maar de overheid houdt 
maatschappelijke organisaties zoals Laka nog steeds angstvallig buiten de deur.
Met die ervaring in het achterhoofd vragen we ons hardop af, welke garantie is er
dat als “participatieve stapsgewijze aanpak”, die in 2027 zou moeten beginnen, niet
opnieuw een adviestraject wordt ingezet? En dan is het 2035 voordat je er erg in hebt.