Eindelijk, na ruim 3 maanden (ingediend 24 juni) zijn door de staatssecretaris van Defensie De Vries, de Kamervragen van SP en PvdA beantwoord over schadevergoedingen aan Italiaanse veteranen en nabestaanden n.a.v. mogelijke blootstelling aan verarmd uranium.
De vraag was vooral of de staatssecretaris de Kamer in juni verkeerd inlichtte toen hij zei dat "de financiële compensatie die momenteel aan zieke veteranen en nabestaanden in Italië wordt uitgekeerd een uitvoering van een gerechtelijk vonnis is en niet voortkomt uit een overheidsregeling". Maar er was door de Italiaanse regering een compensatieregeling ingesteld voor militairen die tijdens een buitenlandse uitzending, onder andere door mogelijke blootstelling aan verarmd uranium, ziek zijn geworden dan wel overleden. De Vries stelt nu: "Deze informatie was tijdens het algemeen overleg van 12 juni bij het Ministerie van Defensie niet bekend."
Hij geeft toe dat verarmd uranium, "na blootstelling aan een hoge dosis, een verhoogd risico op gezondheidsschade tot gevolg kan hebben." Maar: "De wetenschappelijke gegevens, in het bijzonder studies naar de gezondheidseffecten van blootstelling aan verarmd uranium in situaties die zich kunnen voordoen tijdens militaire operaties, laten echter geen verband zien tussen gezondheidsschade en de blootstelling." Hij ziet dan ook geen reden het Italiaanse voorbeeld te volgen: "Defensie (zal) geen waarschijnlijkheidscriterium hanteren."