Het verbod voor Iraniërs om te werken in o.a. de nucleaire opleidingscentra en een aantal universiteiten, dat in februari door de rechter werd vernietigd, is, een beetje aangepast, opnieuw ingediend door de minister van Buitenlandse Zaken.
Artikel 2a in de 'Sanctieregeling Iran 2007 met betrekking tot het verstrekken van kennis aan Iraanse onderdanen die kan bijdragen aan proliferatiegevoelige activiteiten van Iran en aan de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens', is, een beetje aangepast, op nieuw ingediend. Hiermee hoopt de regering tegemoet te komen aan de reden voor vernietiging (waartegen de Staat in beroep is gegaan) namelijk het feit dat het generiek om een bepaalde nationaliteit gaat. De wijzigingen betreffen het niet langer noemen van de locaties die verboden gebied zijn en het moeten 'expliceren van de weigeringsgrond'. Volgens de toelichting: "Daarmee wordt beoogd ondubbelzinnig vast te leggen dat het verbod zich niet richt tegen Iraanse onderdanen als zodanig, maar uitsluitend tegen Iraanse onderdanen die daadwerkelijk een risico vormen in verband met de ongewenste kennisoverdracht. Het gaat derhalve om een individuele beoordeling."