Minister van Economische Zaken en Klimaat Wiebes stuurde gisteren het antwoord van Borssele exploitant EPZ naar de Kamer op de vraag “om aan te geven of levensduurverlenging met 10 of 20 jaar technisch en bedrijfseconomisch haalbaar is”. Het antwoord van EPZ is natuurlijk niet echt verrassend: technisch kan het misschien wel, dat zou verder onderzocht moeten worden en is uiteindelijk natuurlijk aan de toezichthouder ANVS; bedrijfseconomisch is het andere koek.
“Of een mogelijke verlenging ook bedrijfseconomisch aantrekkelijk zal zijn is in de huidige gesubsidieerde markt lastig te voorspellen.” Een beetje vreemde zin om dat de markt nu juist steeds minder gesubsidieerd wordt: de eerste subsidievrije off-shore windparken zijn al gegund, en on-shore wind is ook al subsidievrij. Terwijl kernenergie op grond van het Euratom-verdrag uit 1957 nog steeds aanspraak maakt op enorme subsidies (zie bijvoorbeeld Hinkley Point C en Paks II in Hongarije). EPZ heeft er uiteraard wel een oplossing voor: "een oplossing [zou] kunnen liggen in het maken van afspraken met de overheid hoe we deze onzekerheden kunnen mitigeren”. Dichterbij een duidelijk ‘er moet geld bij’ zal EPZ niet komen.
En dat is toch opmerkelijk. Tot nu toe was de financiële situatie van de exploitant zeker gesteld door een vaste prijs te vragen voor de geproduceerde stroom; dat is de reden dat eigenaren PZEM en RWE tientallen miljoenen euro per jaar verlies lijden op de kerncentrale, want die vaste prijs, naar verluidt € 43 per MWh, is al jaren hoger dan de marktprijs. Maar nu blijkt voor het eerst dat ook de kerncentrale zelf verlies lijdt op die vaste prijs. Volgens de brief van EPZ aan de minister ligt de kostprijs van van de stroom ergens tussen € 43 en € 48 per MWh. “Bij deze kostprijs is een investeringsvolume van 15-25 miljoen euro per jaar inbegrepen.” Die investeringen worden niet minder bij levensduurverlenging en elke € 100 miljoen meer investeringen per 10 jaar verhoogt de MWh prijs met ongeveer 2,5 euro. EPZ stelt heel optimistisch dat de groothandelsprijzen voor de komende jaren ”meer naar het niveau van onze huidige kostprijs” groeien, maar ach, papier is geduldig.
Dus naast eigenaar PZEM, die constant vraagt om staatssteun omdat ze verliezen op de kerncentrale, vraagt nu ook de exploitant EPZ staatssteun omdat ze verliezen op de kerncentrale. Bijzonder.
De minister gaat nu onderzoeken of er in Zeeland draagvlak is voor levensduurverlenging en in beeld brengen welke stappen van belang zijn voor eventuele aanpassing van de Kernenergiewet.
En ach er kan nog veel veranderen in 10 jaar.