Publicatie Laka-bibliotheek:
Vestigingsplaatsen van energiereactoren en de opslag van radioactief afval

AuteurWRK
1-01-4-10-01.pdf
Datumjuli 1972
Classificatie 1.01.4.10/01 (AFVAL - ALGEMEEN)
Voorkant

Uit de publicatie:

Vestigingsplaatsen van energiereactoren en de opslag van radioactief afval.

I. Inleiding
In de Kernenergienota van maart 1972 wordt uitgegaan van een stijging van het
geïnstalleerde elektriciteitsproduktievermogen van 9.000 MWe in 1970 tot 
70.000 MWe in het jaar 2000, waarvan de helft zou bestaan uit kernenergie-
installaties.

Van de economische en planologische problemen die aan een dergelijke groei van het 
geïnstalleerde vermogen zijn verbonden, krijgen vooral die op het gebied van 
koelwatervoorziening en transport van geproduceerde elektriciteit veel aandacht. 
In het geval van kernenergie-centrales worden daarnaast nog eisen gesteld ten 
aanzien van de vestigingsplaatsen, die in verband staan met de bevolkingsdichtheid 
van de in aanmerking te nemen gebieden, op basis van mogelijke calamiteiten.

In de meeste landen blijkt een groeiende bezorgdheid te bestaan over de toepassing
van kernenergie op grote schaal, verband houdend met twijfel over de toereikendheid
van de technische noodvoorzieningen van de installaties en met de vrees, dat de thans 
geldende normen voor de lozing van radioactiviteit tijdens normaal bedrijf van 
kerncentrales te ruim zouden zijn gesteld.
Terwijl enerzijds aan deze bezorgdheid ongetwijfeld tegemoet kan worden gekomen,
wordt anderzijds door de verantwoordelijke instanties wellicht nog te weinig aandacht 
besteed aan de problematiek die samenhangt met de verwerking en opslag van het 
radioactieve afval dat bij de uitvoering van een omvangrijk kernenergieprogramma
zal vrijkomen.

Kernenergiereactoren hebben een beperkte levensduur, die 20 tot 40 jaar zal bedragen. 
In die periode worden, behalve elektriciteit en warmte, ook radioactieve
afvalstoffen geproduceerd. Deze blijven als zodanig bestaan, zelfs als de reactor al 
lang niet meer functioneert. Thans leveren de radioactieve afvalstoffen nog weinig
problemen, omdat het kleine hoeveelheden betreft, afkomstig van een beperkt aantal 
reactoren.
Op langere termijn zullen de groeiende hoeveelheden radioactief afval, met inbegrip 
van buiten dienst gestelde nucleaire installaties, leiden tot een wijziging in deze 
situatie. Ook in ons land zullen, zelfs indien in internationaal verband 
gemeenschappelijke "radioactive cemeteries" worden gesticht, bewaarplaatsen voor 
radioactief afval moeten worden ingericht en beslissingen moeten worden genomen ten 
aanzien van te sluiten radioactieve installaties.