Jonge mannen die zich geen zorgen maken over klimaatverandering zijn de grootste voorstanders van kernenergie. Maar kernenergie blijft de minst aantrekkelijke optie in vergelijking met zon en wind, dat veel populairder is. Dit zijn een aantal resultaten van de Landelijke Energieraadpleging 2023 waarbij burgers de mogelijkheid kregen om hun voorkeuren te uiten “over een aantal keuzes die het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat kan maken bij het Nationaal Plan Energiesysteem.” We schreven in februari al over de sturende vragen in de raadpleging. Sommige resultaten zijn dan misschien niet verrassend, maar wel duidelijk.

De resultaten van de Energieraadpleging die door Populytics in opdracht van ministerie van EZK is gehouden zijn nu gepubliceerd. Er deden in totaal 7.896 mensen mee. 3.197 vanuit een geselecteerde groep die representatief is voor de Nederlandse bevolking. Daarnaast deden 4.699 mensen mee aan de online raadpleging. Van die laatste groep was driekwart man.

Tachtig procent van de deelnemers aan die open raadpleging die zich geen zorgen maakt over klimaatverandering vindt het een goed idee om te starten met de voorbereiding van de bouw van kerncentrales. Bij de panelraadpleging was dit 57% van de klimaatontkenners. Die voorstanders zijn vooral jonge mannen. Volwassen mannen en (jonge) vrouwen die zich wel zorgen maken over het klimaat blijven in grote meerderheid tegen kernenergie.
Mensen die vóór ‘t bouwen van kerncentrales zijn vinden verder het minst vaak dat “bij de bouw van kerncentrales zoveel mogelijk rekening [moet worden ge-] houden met de mensen die in de buurt wonen”.

Hoewel ongeveer 47% van de representatieve groep het een goed plan van de regering vinden om kerncentrales te bouwen, blijkt kernenergie nog steeds een stuk minder populair dan zon en wind. Deelnemers zetten gemiddeld het meeste in op de opties extra windmolens op de Noordzee en het dwingen van bedrijven om energie te besparen (respectievelijk 71% en 70%). Hierna wordt het meeste ingezet op windmolens en zonneparken op land (59%). Daarna pas kernenergie. Dat is geheel in lijn met eerdere onderzoeken, net zoals dat klimaatontkenners wel het meest in kernenergie zien.