Laka Foundation

Publication Laka-library:
Electriciteitsplan 1995-2004

AuthorSEP
DateAugust 1994
Classification 1.01.7.10/48 (ELECTRICITY - PRICE / CAPACITY / CONSUMPTION)
Front

From the publication:

Inleiding

De prognose van de totale elektriciteitsvraag die ten grondslag ligt aan dit 
elektriciteitsplan is iets lager dan van het Elektriciteitsplan 1993-2002. Nadat in 
de  twee voorgaande elektriciteitsplannen een opwaartse bijstelling van de 
prognose van de elektriciteitsvraag nodig bleek omdat de werkelijke toename van 
de elektriciteitsvraag sterker bleek dan de geprognosticeerde toename, moet nu 
geconstateerd worden dat de economische stagnatie langer aanhoudt dan voorzien 
werd en dat vooruitzichten met betrekking tot de economische ontwikkeling minder 
gunstig zijn dan bij de opstelling van het vorige elektriciteitsplan het geval was. 
Toch is in Nederland nog steeds sprake van een toename van de elektriciteitsvraag, 
die bij het verwachte economische herstel ook weer zal aantrekken. Daarnaast blijft 
het besparingsbeleid van invloed op de elektriciteitsvraag. Bij continuering van het 
energiebesparingsbeleid dat onder meer ook gericht is op een rationeel gebruik van 
elektrische energie, wordt het thans realistisch geacht, uit te gaan van een 
ontwikkeling van de elektriciteitsvraag die ongeveer het midden houdt tussen de 
prognose van het Elektriciteitspion 1993-2002 en die van het daaraan voorafgaande 
elektriciteitsplan.

De ontwikkeling van plannen voor gecombineerde warmte/kracht-produktie in het 
kader van het warmteplan waarmee in het elektriciteitsplan 1991-2000 een start 
werd gemaakt, loopt zeer voorspoedig. Er dient zich een groot aantal uitvoerbare 
projecten aan met relatief grote elektrische vermogens. Het gaat daarbij niet alleen 
om projecten met warmtelevering aan stadsverwarmingssystemen maar ook aan 
tuinbouw en industrie. Een zelfde ontwikkeling doet zich voor bij de 
elektriciteitsdistributiebedrijven, die in het kader van de MAP-activiteiten een 
belangrijk deel van hun inspanningen richten op het realiseren van decentraal 
warmte/kracht-vermogen. De consequentie van deze ontwikkelingen is dat er zich 
nu veel meer warmte/kracht-vermogen aandient dan er aan nieuw 
produktievermogen nodig is. Het aanbod aan warmte/kracht-vermogen is 
bovendien ook groter dan de hoeveelheid die binnen de periode 1995-2004, waar 
de besluitvorming in dit elektriciteitsplan betrekking op heeft, in de 
elektriciteitsvoorziening ingepast kan worden.
Daarom zal bij de verdere besluitvorming over warmte/kracht-vermogen een 
selectief beleid moeten worden gevoerd, teneinde die projecten te realiseren die 
het meest bijdragen tot zowel energiebesparing als tot zo laag mogelijke kosten. 
Aangezien het gaat om projecten die zowel door produktiebedrijven als door of 
met medewerking van distributiebedrijven worden gerealiseerd, dient afstemming 
met de elektriciteitsdistributiebedrijven plaats te vinden.

This publication is only available at Laka on paper, not as pdf.
You can borrow the publication or request a copy. When we're available, this is possible for a small fee.