Kerncentrales in Nederland: onnodig en onverantwoord

De meeste politieke partijen zien momenteel de bouw van twee kerncentrales in Nederland als een noodzakelijke aanvulling op zonne- en windenergie. Kernenergie is echter de minst duurzame technologie en ook onnodig. Bovendien zijn kerncentrales in het kleine en dichtbevolkte Nederland ongewenst vanuit veiligheidsoogpunt, gekarakteriseerd door ‘Kleine Kansen – Grote Gevolgen’.
Een artikel van Boelie Elzen, Rob Geerts en Wim Smit, gepensioneerde onderzoekers die hebben meegewerkt aan studies over ongevallen met kerncentrales en andere maatschappelijke effecten van kernenergie

Centraal in de discussie over nieuwe kerncentrales staan drie argumenten: 1) kerncentrales zijn nodig om de klimaatdoelen te halen; 2) kerncentrales moeten inspringen als wind en zon het even laten afweten; 3) kernenergie is klimaatneutraal en milieuvriendelijk.

Kerncentrales: Nodig of niet?
Elektriciteitsbedrijf EPZ (van de kerncentrale Borssele) stelt op zijn website dat een kerncentrale geen broeikasgassen uitstoot. Echter, daarbij blijft buiten beschouwing de CO2-uitstoot van de totale kernenergieketen, van uraniumertswinning, uraniumextractie, transport, uraniumverrijking, fabricage van splijtstofstaven voor de reactor, de bouw van de kerncentrale, de verwerking en opslag van het radioactieve afval tot en met de ontmanteling van de centrale. Diverse studies laten zien dat kernenergie per geproduceerde kWh elektriciteit dan ruwweg 10x meer CO2 uitstoot dan zonne-energie en ca 7x meer dan windenergie. Omdat klimaatverandering een mondiaal probleem is mag je de CO2-uitstoot van noodzakelijke activiteiten elders in de keten niet negeren.

Kerncentrales als opvang van zon- en windtekorten
Wind- en zonne-energie vormen, als duurzame energiebronnen, het hoofdbestanddeel van de energietransitie naar klimaat-neutrale technieken. Maar zon en wind zijn niet continu aanwezig (“energieflauwte”). Die energieflauwte treedt echter gedurende slechts korte perioden op. Kerncentrales zijn niet gemaakt om snel de elektriciteitsproductie op te voeren en weer terug te draaien om zo’n tijdelijk tekort op te vangen. Ze zijn ontworpen om vooral continu te werken, als basisvoorziening.
Zonne- en windenergie hebben een ruime overproductiecapaciteit. Het overschot aan opgewekte elektriciteit kan tijdelijk worden opgeslagen, waarmee een kortstondig tekort is te overbruggen. De daarvoor benodigde buffercapaciteit is relatief gering, volgens een recente scenariostudie van het KNMI (KNMI - Weinig wind- en zonne-energie: energieflauwte in Nederland). Het tekort over een jaar is maximaal acht keer het gemiddelde Nederlandse dagverbruik. Technieken voor energieopslag zijn nu al beschikbaar en volop in verdere ontwikkeling. Een kleine opwekkings-overcapaciteit volstaat om buffers te vullen voor het opvangen van energieflauwte. Daar hoef je geen dure kerncentrales voor te bouwen. Bovendien maakt Nederland deel uit van een Europees netwerk waarbij internationaal stroom wordt uitgewisseld.

Veiligheid en bestaanszekerheid
Nederland is een klein en dichtbevolkt land. Bij een zwaar ongeval met een kerncentrale in Borssele zullen de vrijkomende radioactieve stoffen, door de overheersende zuidwestelijke windrichting, zich verspreiden over een groot deel van het land. Weliswaar zijn de berekende kansen hierop erg klein, maar studies en eerdere ongevallen hebben laten zien dat de gevolgen catastrofaal kunnen zijn. In korte tijd zullen grote aantallen bewoners elders een veilig heenkomen moeten vinden, en dat voor lange tijd. Daar hebben we simpelweg de ruimte niet voor. De door radioactieve besmetting onbewoonbaar en onbruikbaar geworden gebieden zullen de samenleving langdurig ontwrichten. De export van agrarische producten zal onmogelijk worden omdat het buitenland deze niet zal accepteren.
Vaak wordt gesteld dat kerncentrales de laatste decennia veiliger zijn geworden. De belangrijkste oorzaken van grote ongevallen met kerncentrales zijn echter niet die van technisch falen, hoewel dat kan meespelen. Het rapport Herbezinning Kernenergie van de Gezondheidsraad uit 1989 wees er al op dat oorzaken vooral liggen in het (falend) functioneren van organisaties (gebrekkige veiligheidscultuur, communicatieproblemen enz.), van instituties (regelgeving en toezichthouders) en in het falend menselijk handelen (bijvoorbeeld door misinterpretatie of niet begrijpen van alarmerende signalen). Ook het over het hoofd zien of negeren van bedreigende externe gebeurtenissen bij het ontwerp van kerncentrales kan ertoe leiden dat daar onvoldoende bescherming tegen geboden wordt.
De kernongevallen van Harrisburg (1979), Tsjernobyl (1986) en Fukushima (2011) hebben dat inzicht alleen maar bevestigd. Zij maakten ook pijnlijk duidelijk wat de al genoemde langetermijngevolgen zijn. De berekende kansen op zulke ongevallen bleken in feite van zeer weinig waarde. Het zijn de grote gevolgen van maatschappelijke ontwrichting die het risico bepalen. Kerncentrales in Nederland vormen daarmee een continue bedreiging voor de bestaanszekerheid van onze samenleving als geheel. Helaas gaat de huidige discussie hieraan voorbij.

Radioactief afval
Het door kerncentrales geproduceerde radioactieve afval wordt ‘voorlopig’ bovengronds opgeslagen. Wetenschappelijke kennis biedt geen enkele garantie dat een veilige ondergrondse opslag mogelijk is. Duitsland levert de praktijkvoorbeelden. De opslag in zoutlagen bij Asse en later bij Gorleben bleken een zeer kostbare vergissing en zijn dan ook gestaakt. Dat een veilige opslag in de Nederlandse ondergrond gedurende langer dan 100.000 jaar mogelijk is, berust dan ook vooral op wensdenken.

Conclusie
Kernenergie is de minst duurzame energietechnologie en evenmin klimaat-neutraal. De bouw van nieuwe kerncentrales in Nederland is niet alleen onnodig maar ook onverantwoord.