Publicatie Laka-bibliotheek:
Analyse van de praktiese consequenties van het waarborgingsbeleid voor de lokatie Moerdijk

AuteurProject Herbezinning
1-01-0-23-23.pdf
Datum1988
Classificatie 1.01.0.23/23 (NIEUWE KERNCENTRALES - LOCATIEKEUZE)
Voorkant

Uit de publicatie:

INLEIDING

In het deel d (de regeringsbeslissing) van de pkb Vestigingsplaatsen 
voor kerncentrales is het industrieterrein Moerdijk opgevoerd als mogelijke 
vestigingsplaats voor een kerncentrale. Indien tot de bouw van nieuw 
nucleair vermogen in Nederland wordt besloten, zal moeten worden 
gewaarborgd, dat de daarvoor te kiezen lokaties blijven voldoen aan de 
(bevolkings) criteria die aan de vestiging van kerncentrales gesteld zijn.
Het huidige waarborgingsbeleid is gericht op ontwikkelingen met betrekking 
tot de bevolkingsomvang, explosie- en toxischgevaarlijke inrichtingen en 
burgerluchtvaartterreinen en is omschreven in Hoofdstuk 6 van het deel a en 
het deel d van de pkb Vestigingsplaatsen voor kerncentrales.
In het deel d van de pkb is geconstateerd dat op het punt van het 
waarborgingsbeleid de lokatie Moerdijk slechts voor een deel van het 
onderhavige industrieterrein voldoet aan het absolute criterium van 4500 
gewogen inwoners in de dichtstbevolkte 45°-sector in het gebied van 20 km 
rondom een mogelijke kerncentrale.
Volgens deel d kan dit in voorkomend geval tot gevolg hebben dat - om te 
kunnen waarborgen dat de lokatie Moerdijk aan het gestelde 
bevolkingscriterium zal kunnen blijven voldoen - een stringent beleid zal 
moeten worden gevoerd ten aanzien van de bevolkingsontwikkeling zowel in 
de nabijgelegen kernen als in een deel van het gebied van de op grotere 
afstand gelegen Drechtsteden.
Ten tijde van het uitkomen van het deel d bestond over deze kwestie nog 
onvoldoende duidelijkheid. De regering deelde derhalve reeds in dit deel 
d mee, dat naar haar oordeel nader onderzoek verricht dient te worden naar 
de praktische consequenties van het waarborgingsbeleid voor Moerdijk, 
alvorens over deze lokatie een eindoordeel te kunnen vellen.
In een brief aan de Tweede Kamer van de Ministers van Economische Zaken, 
van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en van Sociale 
Zaken en Werkgelegenheid (Tweede Kamer, vergaderjaar 1985-1986, 18830, nr 
45) is dit onderzoek nader omschreven. Voorlopige gegevens voor het 
onderzoek zijn indertijd aangeleverd door de N.V. Provinciale 
Noordbrabantse Electriciteitsmaatschappij.

Na het ongeval met de kerncentrale te Tsjernobyl is het onderzoek naar de 
praktische consequenties van het waarborgsbeleid voor de lokatie Moerdijk 
toegevoegd aan de reeks van studies die in het kader van het Project 
Herbezinning Kernenergie zijn uitgevoerd.

In het onderzoek zouden ook de eventuele risico's van een zo concreet 
mogelijk definieerd nucleair project aan de orde moeten komen. Dit 
risico-aspect is in algemene zin aan de orde gesteld in de bronterm 
studie (SPH-03-01) en, toegespitst op de lokatie Moerdijk, in de studie 
Gevolgen voor de omgeving (SPH-08-18).
De eventuele gevolgen van de resultaten van deze studies voor het 
waarborgingsbeleid, in het
bijzonder met betrekking tot de lokatie Moerdijk, zullen aan de orde 
komen in het kader van de voorbereiding van het regeringsstandpunt over 
de uitbreiding van kernenergie in Nederland. Dit rapport heeft dus een 
beperkte strekking.