Publicatie Laka-bibliotheek:
Aanvraag voor vergunning op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren voor kernenergiecentrale Dodewaard
Auteur | GKN |
Datum | juni 1994 |
Classificatie | 1.01.8.13/02 (DODEWAARD - VERGUNNINGEN, BEZWAREN, PROCEDURES) |
Voorkant |
Uit de publicatie:
1 INLEIDING 1.1 Aanleiding De N.V. GKN heeft het voornemen een aantal wijzigingen aan te brengen in haar kernenergiecentrale Dodewaard, die hoofdzakelijk moeten leiden tot een verdere verhoging van de veUigheid van de centrale. Aanleiding voor de wijzigingsvoorstellen was de 10-jaartijkse herevaluatie met betrekking tot de nucleaire veUigheid en stralenbescherming. Een dergelijke herevaluatie is in 1992 als voorschrift in de Kernenergiewetvergunning opgenomen. Er wordt een nieuwe, de gehele centrale omvattende vergunningaanvraag op grond van de Kernenergiewet (KEW) ingediend waarin de wijzigingen zijn opgenomen. In 1987 is een reviserende wijzigingsvergunning, waarin alle bestaande vergunningen werden samengebracht, aangevraagd en in 1988 verleend. Reden hiervoor was het uitgebreide en minder overzichtelijke vergunningenbestand dat in de loop der tijd was ontstaan. Op 29 mei 1992 werd deze vergunning door de Afdeling voor de geschOlen van bestuur van de Raad van State vernietigd. Hierdoor werden de oude vergunningen weer van kracht. De N.V GKN heeft op 21 september 1992 een verzoek om een gedoogbeschikking ingediend teneinde de centrale, met inbegrip van een aantal, sinds de inbedrijfstelling genomen, veiligheidsverhogende maatregelen, in bedrijf te kunnen houden tot een nieuwe vergunning ingevolge de Kernenergiewet is verleend. Deze gedoogbeschikking is per 10 maart 1993 door de ministers van Economische Zaken (EZ), Volkshuisvesting. Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) en Sociale zaken en Werkgelegenheid (SZW) alsmede de staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur f'NVC) verleend. Met de gedoogbeschikking wordt een periode overbrugd tot het moment dat de nieuwe vergunning ingevolge de KEW zal zijn verleend. Naast voornoemde KEW-vergunning wordt door de N.V. GKN ook een geactualiseerde vergunning voor de lozing van afvalwater aangevraagd. In 1968, bij het in werking treden van de centrale, zijn vergunningen verteend voor het onttrekken en lozen van koelwater en het lozen van huishoudelijk afvalwater op de Waal ingevolge de Rivierenwet en het Baggerreglement Voorts zijn enkele voorschriften voor behandeling en afvoer van procesafvalwater in de nu vigerende KEW-vergunningen opgenomen. Deze voorschriften betreffen lozingslimieten voor radioactieve stoffen naar de Waal.
Deze publicatie is alleen op papier bij Laka beschikbaar, niet als pdf.
Publicaties zijn te leen of informeer of we een kopie kunnen maken. Soms, als we tijd hebben, lukt dat tegen kostprijs van de kopieën.