Stichting Laka

Publicatie Laka-bibliotheek:
Richtlijnen MER Urenco te Almelo

AuteurMin. VROM, Min. Sociale Zaken, Min. WVC, Min. EZ
Datumjuli 1992
Classificatie 1.01.8.36/01 (URENCO/UCN - VERGUNNINGEN/BEZWAARSCHRIFTEN)
Voorkant

Uit de publicatie:

1. INLEIDING

URENCO Nederland v.o.f., gevestigd te Almelo, heeft het voornemen de capaciteit 
voor verrijking van uranium uit te breiden tot maximaal 3500 tSW/jaar. De 
uitbreiding zal gefaseerd plaatsvinden in relatie tot de ontwikkeling van de
orderportefeuille. De uitbreiding geschiedt deels door het bijplaatsen van centrifuges 
in de SP4-verrijkingsfabriek; de capaciteit van deze fabriek zou daartoe verhoogd 
moeten worden tot 1500 tSW/jaar (2). Daarnaast bestaat ook het voornemen een 
geheel nieuwe verrijkingsfabriek te bouwen met een gefaseerd opgebouwde 
maximale capaciteit van 2000 tSW/jaar (SP5).
Aan de vigerende vergunning op grond van artikel 15, onder a en b, van de 
kernenergiewet (KEW), verleend op 10 januari 1992, is voor het in werking houden 
na 1-1-96 van een verrijkingscapaciteit in de SP4 van meer dan 1000 tSW/jaar de 
voorwaarde gekoppeld dat voor voornoemde datum een de gehele inrichting 
omvattende vergunningaanvraag is ingediend voorzien van een milieu-
effectrapport (MER) dat tot stand is gebracht overeenkomstig de bepalingen van 
Hoofdstuk 4A,  § 3 en § 4 van de Wet algemene bepalingen milieuhygiëne. 
Bevoegde gezagsorganen voor de vergunningverlening zijn de Ministers van 
Economische Zaken (coördinatie), van Volkshuisvesting, Ruimtelijk Ordening en 
Milieubeheer en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, alsmede de Staatsecretaris 
van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur.

De startnotitie voor deze m.e.r.-procedure is bekend gemaakt op 10 april 1992. De 
inspraakreacties en de ontvangen adviezen van de wettelijke adviseurs zijn in deze 
richtlijnen in beschouwing genomen en voor zover de reacties betrekking hebben 
op milieu-aspecten van de voorgenomen activiteit zijn zij zo veel mogelijk 
overgenomen.

Bij het opstellen van deze richtlijnen is dankbaar gebruik gemaakt van het advies 
van de Commissie voor de milieu-effectrapportage. Inhoudelijk is het advies van 
de Commissie geheel overgenomen in de richtlijnen. Eventuele verschillen zijn toe 
te schrijven aan een andere presentatie of een nadere verduidelijking.

(2) Momenteel zijn tevens de SP2 en de SP3 in bedrijf, met een gezamenlijke
capaciteit van 200 tSW/jaar. De SP2 en de SP3 zullen in de loop van de jaren 
negentig ontmanteld worden.

Deze publicatie is alleen op papier bij Laka beschikbaar, niet als pdf.
Publicaties zijn te leen of informeer of we een kopie kunnen maken. Soms, als we tijd hebben, lukt dat tegen kostprijs van de kopieën.