Minister Kamp is teleurgesteld dat de Duitse aandeelhouders van Urenco niet akkoord zijn gegaan met het voorstel voor borging van publieke belangen. Dat voorstel was het resultaat van langdurige onderhandelingen tussen de regeringen van Nederland, Duitsland en Verenigd Koninkrijk. Het ‘nee’ van de Duitse bedrijven betekent in feite terug naar af. Kamp concludeert in een brief aan de Kamer dat “verkoop van de Nederlandse aandelen in URENCO Ltd. op dit moment niet aan de orde” is. Duitsland en Verenigd Koninkrijk willen nog wel steeds privatiseren. Hoe Nederland daar mee om moet gaan wordt verder geanalyseerd.
Het heeft even geduurd, maar er is weer nieuws over de privatisering van Urenco. Nou ja nieuws. Het was al duidelijk dat verkoop mislukt was. In februari liet de minister weten dat er in het voorjaar een wetsvoorstel zou komen om de publieke belangen te borgen bij en verkoop van de aandelen. Met de publieke belangen worden waarborgen bedoelt voor non-proliferatie en veiligheid.
Nederland heeft, zo zegt Kamp, “haar inspanningen gedurende het onderhandelingsproces altijd volledig gericht op het bereiken van een gezamenlijk akkoord met de genoemde verdragspartners bij het Verdrag van Almelo en de private medeaandeelhouders in URENCO Ltd., E.ON en RWE.”
Afgelopen zomer hebben de verdragspartners bij het Verdrag van Almelo “na moeizame en complexe onderhandelingen een akkoord over het wetgevingspakket bereikt. Dit akkoord is door zowel het Verenigd Koninkrijk als Duitsland per brief op politiek niveau bevestigd. De Duitse overheid stelde daarbij de voorwaarde dat er een vennootschapsrechtelijke structuur voor Urenco Ltd. Wordt geïmplementeerd die een beursnotering uitsluit. Implementatie van een nieuwe vennootschapsrechtelijke structuur is alleen met steun van alle aandeelhouders van Urenco Ltd. mogelijk. Daarom is behalve het akkoord van de verdragspartners ook het akkoord van medeaandeelhouders E.ON en RWE noodzakelijk. De Nederlandse overheid heeft zich in de afgelopen weken maximaal ingezet om dit akkoord van E.ON en RWE te verkrijgen. Ondanks deze inzet lieten E.ON en RWE mij op 13 oktober jl. schriftelijk weten dat zij niet akkoord kunnen gaan met het wetsvoorstel, met name vanwege het ontbreken van de mogelijkheid van een beursnotering.”
De verkoop wat Nederland betreft lijkt helemaal van tafel. Maar tegelijkertijd lijkt minister Kamp te suggereren dat Duitsland en ook het Verenigd Koninkrijk nog steeds willen verkopen. Maar juist dat was altijd voor Nederland het argument ook te gaan verkopen.
En nu? De minister beloofd een “nauwkeurige analyse van het Nederlandse handelingsperspectief in de gegeven situatie.”