Gisteravond was de eerste van drie bijeenkomsten in Zeeland van de overheid over de komst van nieuwe kerncentrales in Borssele. ‘Mogelijke’ komst wordt dan steeds gezegd, maar de discussie gaat niet over óf ze komen, maar vanuit de situatie dát ze er komen. Minstens één brug te ver vinden veel inwoners van Zeeland: ons is nooit serieus gevraagd of ze er moeten komen. Voldongen feiten politiek. ‘Daar doen we niet meer aan mee’. Een grot deel van de aanwezigen verliet vervolgens de bijeenkomst.
Gisteravond, woensdag 10 mei, was in de Stenge in Heinkenszand de eerste bijeenkomst van de ministeries Economische Zaken en Klimaat en Infrastructuur en Milieu over de verlenging van de levensduur van de kerncentrale in Borssele en de komst van nieuwe kerncentrales. Het is duidelijk dat een groeiende groep Zeeuwen zich zorgen maakt om de ontwikkelingen rond kernenergie in Zeeland. Burgerbewegingen in Zeeland zoals Stroom naar de Toekomst en Borsele tot de Kern, pleiten voor meer zeggenschap van burgers in de besluitvorming en roepen op tot het ontwikkelen alternatieve plannen waarin niet kernenergie, maar hernieuwbare energie en besparing een centrale rol krijgen in de Zeeuwse energieproductie.
Tijdens het “kernenergiegesprek” gisteravond stapten de aanwezige Zeeuwen massaal op. 'Er was helemaal geen ruimte om nut en noodzaak van kerncentrales ter discussie te stellen,' betoogt Frieda Kas, vertegenwoordiger van burgerbeweging Stroom naar de Toekomst. "We mochten alleen praten over spiegeltjes en kraaltjes ter compensatie voor de ellende die de kerncentrales ons gaan opleveren. Dat is geen burgerparticipatie, maar een communicatietruc."
Dinsdagavond was er al een ‘webinar’ van de ministeries over kernenergie; het webinar was van te voren opgenomen en het stellen van vragen onmogelijk.