Subsidie, subsidie en doorsukkelen of stoppen?

Zoals bekend, staat de Nederlandse nucleaire sector er niet al te rooskleurig voor. Daarom heeft het Kabinet onderzocht welke nucleaire kennisinfrastructuur nog van belang is voor medische toepassingen en of men nog wat kan doen aan de kosten van het historisch kernafval in Petten. Het gisteren verschenen eindrapport van de 'hoogambtelijke werkgroep nucleair landschap’ beschrijft drie verschillende beleidsscenario's voor de Nederlandse nucleaire industrie: intensiveren, continueren of afbouwen. In de begeleidende brief geven de ministers van EZ, I&M, VWS en Financiën aan het principe “de vervuiler betaalt” strikter te gaan toepassen. Ook kondigen de ministers een vervolgstudie aan naar de productie van medische isotopen zonder kernreactor.

Drie scenario's
Ter voorbereiding op de besluitvorming over de toekomst van het Nederlandse nucleaire sector heeft de werkgroep drie scenario’s uitgewerkt: intensivering, continuering of afbouw:

Intensiveren Continueren Afbouwen
Kernenergie Borssele sluit in 2033. Subsidie voor nieuwe kerncentrale(s) – jaarlijks €584 miljoen Borssele sluit in 2033. Borssele sluit in 2033. Wettelijk verbod op nieuwe kerncentrales
Medische isotopen & onderzoek HFR sluit in 2025. Pallasreactor wordt gebouwd, geen investeerder? Subsidie. Alternatieve productiemethoden kunnen de markt betreden, subsidie afhankelijk van impact op Pallas. HFR sluit in 2025.
Pallasreactor wordt gebouwd, geen investeerder? Subsidie. Alternatieve productiemethoden kunnen de markt betreden
HFR sluit a/h einde levensduur.
Geen Pallasreactor. Alternatieve productiemethoden kunnen de markt betreden

Studie naar productie van medische isotopen zónder kernreactor
De ministers melden dat de hoogambtelijke werkgroep nog twee vervolgstudies gaat doen: Eén naar de samenloop tussen de voorbereiding van de Pallasreactor en methoden om medische isotopen zonder kernreactor te produceren. De werkgroep denkt daarbij aan deeltjesversnellers en In het bijzonder aan ASML haar Lighthouse-project. Voor het Kabinet gaat de werkgroep de mogelijkheden tot samenwerking en actieve publieke financiering van alternatieve productiemethoden voor medische isotopen verkennen.

Een tweede vervolgonderzoek gaat opnieuw over NRG’s historisch radioactief afval en de samenwerking tussen NRG en Covra. De resultaten van beide onderzoeken worden dit najaar verwacht. Dan zal het ook komen tot besluitvorming.

De vervuiler betaalt?
Uit het rapport maar ook uit de begeleidende brief blijkt dat het niet goed gesteld is met de de handhaving van het uitgangspunt “de vervuiler betaalt” in de nucleaire sector. De ministers spreken de ambitie uit dit principe in de toekomst strikter te hanteren. Des te opmerkelijker is het dat de Minister van I&M gisteren nog aan de Kamer schreef dat ze tegen Europa volhoudt dat voor de eindberging van radioactief afval -in 2130- dit principe wèl is gewaarborgd.

Met publicatie van het rapport zijn ook twee achtergrondstukken gepubliceerd: ‘Productie en gebruik van medische radio-isotopen in Nederland - Huidige situatie en toekomstverkenning’ van het RIVM en het rapport van PWC/Strategy& (afbeelding) over het  historisch radioactief afval. Een conceptversie van dit laatste onderzoek lekte eerder al uit via Nieuwsuur. Strategy& kwam toen tot de conclusie dat de kosten van het opruimen van NRG’s historisch kernafval kunnen oplopen tot € 187 miljoen. Het Ministerie van EZ zal hiervoor moeten opdraaien.